Dieren

Het gemeentebestuur is al lange tijd gestopt met het gratis ter beschikking stellen van rattenvergif, zowel aan particulieren als professionelen. Graag willen we meer aansturen op preventie en alternatieve bestrijdingsmogelijkheden en daarnaast foutief gebruik van rattenvergif tegengaan. Vaak wordt vergif verkeerd gebruikt waardoor tal van andere fauna, organismen en zelfs huisdieren slachtoffer worden. 

Tips om ratten te voorkomen
Meestal zijn voedselbronnen en schuilplaatsen in de onmiddellijke omgeving de oorzaak van de ellende. Met het nemen van enkele voorzorgsmaatregelen sta je al een heel eind verder!

• sluit je kippenhok goed af
• voeder dieren met mate
• beheer je composthoop met 'vakmanschap' (bv geen gekookt eten op een composthoop, tijdig keren)
• ruim hondenpoep op
• verzamel huishoudelijk afval in goed afgesloten vuilnisbakken of containers
• zorg voor een frequente afvoer van het huisvuil
• ruim regelmatig op in en rond gebouwen, denk hierbij ook aan de kippenren of andere dierenhokken en achterblijvend voedsel
• vermijd lekkende kranen en leidingen, zorg dat er geen waterplasjes achterblijven
• zorg ervoor dat de toegangen tot gebouwen en rioleringen worden afgesloten
• stapel verpakte voeders op een pallet los van de muur
• gebruik zoveel mogelijk harde en duurzame materialen voor het stockeren van voeder

Meer info nodig?
Voor informatie of bij mogelijke plagen kan je terecht bij de dienst omgeving-milieu. Het vangen of verdelgen van ratten kan pas na preventie en toepassen van alternatieve bestrijdingsmiddelen en laat je best over aan professionelen.

De gemeentelijke groendienst bestrijdt enkel de bruine rat in de beken, grachten en openbare ruimte in eigendom van de gemeente. Dus niet in privé-tuinen, bij instellingen of bedrijven. Het is wettelijk verplicht aan eigenaars of huurders om over te gaan tot rattenbestrijding in het kader van volksgezondheid.

Een zwerfkat wordt gemiddeld vier tot zes jaar oud en op die tijd kan het een veertigtal kleintjes voortbrengen die op hun beurt ook verder kweken. Zonder bijkomende maatregelen ontstaan er snel grote problemen ontstaan. Al sinds 2005 doet de gemeente een serieuze inspanning om met behulp van dierenartsen en vrijwilligers alle zwerfkatten te steriliseren of te castreren. Gemiddeld worden er 110 zwerfkatten op een jaar behandeld.

Ergens gedropt

Echt wilde katten komen in onze gemeente nu steeds minder voor dankzij de campagne. Zwerfkatten zijn vaak kittens uit een nest van een huiskat die ergens ‘gedropt’ zijn en weten te overleven in de natuur. Eén poesje kan geen kwaad, maar deze poesjes kunnen snel en gemakkelijk kweken. Zo veroorzaken ze al snel hinder en overlast. In de ‘paringstijd’ maken ze veel lawaai. Ze gaan vaak tussen ons huishoudelijk afval op zoek naar voedsel. Bij het afbakenen van hun terrein veroorzaken ze geurhinder en laten ze uitwerpselen achter. Waar veel katten zijn, verspreiden typische kattenziekten ook snel van zwerfkatten naar huiskatten en omgekeerd.

Ook huiskatten steriliseren

Om de inspanningen van het gemeentebestuur de afgelopen jaren te ondersteunen, roept het gemeentebestuur alle katteneigenaars op om hun huisdier ook tijdig te laten steriliseren of castreren. Dit zijn vrij eenvoudige ingrepen waarvan je kat weinig hinder ondervindt. Naast de vermindering van het aantal zwerfkatten heeft dit ook zijn voordelen voor de kat zelf: ze gaan minder zwerven, vechten minder, lopen minder risico op besmettelijke ziektes, geven geen nachtconcerten en veroorzaken minder stankoverlast.

Je kan een melding van zwerfkatten doen via het onthaal. 

Hou je eikenboom in het oog!

Inwoners die eiken in hun tuin hebben staan, controleren de bomen best op de aanwezigheid van eikenprocessierupsen die rond mei tevoorschijn komen. Het venijn van de processierupsen schuilt in de aanwezigheid van de vele brandharen die bij de mens huidirritaties veroorzaken. Vorige jaren waren er in onze gemeente bijzonder weinig haarden van processierupsen, hopelijk blijven we er dit jaar ook van bespaard!

Hoe de processierupsen bestrijden?

Op openbaar domein en gemeentelijke eigendommen gebeurt de bestrijding van de rupsen door de gemeentelijke groendienst. Als jij thuis in je tuin eikenbomen hebt staan waarin eikenprocessierupsen nestelen, kan je zelf een bestrijder contacteren. 

De brandweer doet geen bestrijding van de eikenprocessierupsen.

Wat mag je niet doen?

• De rupsen en nesten aanraken en zelf trachten deze te bestrijden;
• insecticiden gebruiken: de irriterende brandharen blijven nog lang actief en deze middelen kunnen schadelijk zijn voor de mens en het milieu;
• de rupsen wegspuiten met bijvoorbeeld een hogedrukreiniger: de haren van de rupsen kunnen dan immers via de lucht verspreid geraken.

Meer informatie vind je op www.eikenprocessierups.be of de site van de provincie Antwerpen